A.I., wat moet je ermee?

Mr. Koopal las onlangs in het vakblad MR. een artikel geschreven door mevr. mr. Katja van Kranenburg (CMS) over transparantie ter zake AI-inzet. (https://www.mr-online.nl/ai-en-het-recht-katja-van-kranenburg-over-transparantie/
Dit was voor hem aanleiding om een korte beschouwing te geven over AI en het gebruik hiervan in de juridische wereld.
Grondbeginselen. Er zijn duizenden AI’s die meestal een beperkte taak hebben maar ze hebben allemaal dezelfde grondbeginselen: ze leren van de input van de gebruikers. Al deze AI’s hebben een gigantische verwerkingscapaciteit nodig om te functioneren en vandaar dat er overal datacenters worden gebouwd om aan de stijgende vraag te kunnen voldoen.
Een echt volledig zelfstandig algemeen werkende AI, voor op je telefoon of pc, is er echter (nog) niet. Dat komt omdat deze AI’s getraind worden met data van de gebruikers. Dat is dus jouw input en derhalve is dus ieders input een bouwsteen voor de LLM (Large Language Module), de basis voor een AI.
Zijn deze systemen echt ‘intelligent’? In feite dezelfde vraag als: ‘is een computer intelligent’? Dit roept de vraag op wat je verstaat onder ‘intelligent’. In mijn visie is het geen kwestie van intelligentie maar van combineren, extraheren en interpoleren van beschikbare data die eerder zijn ingevoerd of waaruit de AI kan putten. Dit is dus o.a. de invoer van gebruikers. In de meeste gevallen zal een AI proberen te voorspellen wat de meest logische volgende stap zal zijn. En de pc’s van tegenwoordig worden daar steeds sneller in dankzij gespecialiseerde chips die nog steeds verder worden ontwikkeld.
De ontwikkeling gaat snel, de AI’s worden beter en daarmee ook het besef dat bijna iedereen ermee kan werken of er gebruik van kan maken.
Risico van het gebruik. Werken met AI’s wordt steeds eenvoudiger maar weet je ook wat je krijgt? Allereerst zijn het de vragen, genaamd “prompts”, die je stelt die grotendeels bepalen wat de uitkomst wordt. Of de uitkomst ook klopt is iets dat je niet of nauwelijks kunt controleren.
Een beroemd verhaal is dat van een Amerikaans advocatenkantoor waarbij men met grote stappen snel thuis was door een rechtszaak via AI te laten afhandelen zonder de output te controleren op waarheidsgehalte. Echter, de AI begon te “ijlen” (hallucineren) en verzon arresten en artikelen die niet bestonden. De rechter vond het raar dat er niemand was die ooit van deze arresten had gehoord en kon de door de advocaten genoemde zaken nergens terugvinden en vroeg de advocaten naar de vindplaatsen. Toen kwam de aap uit de mouw. Deze waren volledig verzonnen door de AI.
Een waarschuwing en een les dus voor iedereen die AI gebruikt om de inhoud degelijk te (laten) controleren.
AI niet gebruiken? Moeten we dan AI bij juridische werkzaamheden niet gebruiken?
Ik ben van mening dat AI wel degelijk een ondersteunende rol kan spelen bij juridische werkzaamheden mits de gebruiker weet wat er wordt gedaan, waar de informatie vandaan komt en hoe deze wordt gebruikt. Bijvoorbeeld een zoektocht naar jurisprudentie of wetsartikelen. Ook voor samenvattingen van teksten kan het een uitkomst zijn en veel tijd besparen, maar wees je bewust van de risico’s. En zorg dat je altijd door een mens de verkregen informatie laat controleren op juistheid.
Tip: laat je klanten, en misschien ook de rechters, weten dat je gebruik maakt van een of meerdere AI’s. Vragen of ze daarmee akkoord gaan, om latere problemen te voorkomen die hieruit kunnen voortvloeien, is ook geen slecht idee.
Intellectuele eigendom en privacy-rechten. Wat ben je eigenlijk aan het doen als al die input wordt gebruikt om AI te laten werken. Mag dat zomaar? In het artikel van Katja van Kranenburg wordt nogal laconiek omgegaan met het (her)gebruik. Volgens mij kan dat makkelijk ontaarden in auteursrechtperikelen, of erger: schending van persoonsgegeven. Tenslotte gebruiken de standaard AI’s, zoals bijvoorbeeld ChatGPT en Gemini, jouw input als basis om hun AI te trainen en te verbeteren. Daardoor ontstaat het risico dat jouw input ook voor anderen bruikbaar wordt. Ook de Europese Unie en de Autoriteit Persoonsgegevens zijn bezig de AI’s te onderzoeken en daarvoor wet- en regelgeving te ontwerpen en aan te passen.
Er zijn inmiddels gespecialiseerde AI’s voor de juridische sector die beloven deze privacy/auteursrecht problemen te vermijden. Ik heb nog geen meningen gehoord van gebruikers van deze gespecialiseerde AI’s. Vooralsnog raad ik aan voorzichtig om te gaan met het gebruik van AI.
(zie ook: https://www.autoriteitpersoonsgegevens.nl/themas/algoritmes-ai)